Na aankomst in KK, zoals ze Kota Kinabalu hier noemen, kunnen we zondagochtend gelijk een kijkje aan de, hoe verzin je het, Sunday market brengen. Het is een gezellige boel, ze verkopen zelfs hondjes en mooie tropische vissen.
's Middag pakken we de boot vanaf Jesselton jetty naar Manukan, één van de eilanden van het Tunku Abdul Rahman National Park. Groot strand, bos en schitterend uitzicht. Om te snorkelen valt wat tegen, hoewel je vanaf de pier wel de visjes in allerlei kleuren ziet zwemmen.
Het snorkelen is beter op het eiland Mamutik, waar we natuurlijk ook naar toe zijn gegaan.
Dit is één van de kleinere eilanden van het park, maar 300 meter lang en ook weer een lekker strand.
Het laatste eiland wat we bezoeken is Sapi, dit ligt naast Gaya-eiland. Onverwacht zien we nog 2 varanen het bos uitkomen op weg naar het water, maar als ze mensen zien lopen ze op hun gemakje het bos weer terug in.
We vertrekken steeds rond een uur of vier terug van de eilanden, rond 3 uur trekken donkere wolken vanuit de bergen richting de stad. Af en toe valt er een druppel regen uit, en één keer waren we net op tijd terug voor een grote bui losbarstte, het onweerde zelfs even. Maar even later is het weer droog en gelukkig blijft de temperatuur hier goed.

Ook zijn we nog naar de Kinabalu Park geweest, we besloten deze niet te beklimmen. Dat laten we aan anderen over, maar de tocht er naartoe, de uitzichten en de omgeving daar is geweldig. De canopywalk is een uitdaging, een wiebelende touwbrug hoog boven de bomen. Ook de klim ernaartoe was al een ervaring op zich,pfff. Maar we hebben het gered.

Morgen vliegen we terug naar Kuala Lumpur voor nog een paar laatste dagen.
Onverwacht vliegt Amanda toch ook nog even over vanuit Perth, dus die ontmoeten we op het vliegveld.